Geen papieren kinderen

Delen:

[Verhaal uit de praktijk van de jeugdbescherming]

Elke maandagochtend vraag ik me af wat het weekend gebracht heeft. Soms is het crisisteam in de weekenden ingeschakeld omdat er iets gebeurd is met een van onze cliënten. De maandagochtend daarop heeft het team dan een debriefing. En in de loop van de dag komen de meldingen dan bij ons binnen. Vandaag niet. Ik kwam vanmorgen in de bus een collega tegen die me vertelde dat er vrijdag paniek was geweest omtrent een baby’tje dat samen met haar moeder op de intensive care van het ziekenhuis was beland. Vanwege ernstig huiselijk geweld van haar zwaar verslaafde moeder en verslaafde, gewelddadige vader moest het kind worden weggehaald. Het werd nog diezelfde dag in een crisispleeggezin geplaatst. De beide gezinsvoogden – uithuisplaatsingen doen we altijd samen – hadden het toch wel pittig gevonden om zo’n klein hummeltje uit het ziekenhuis te halen en bij een vreemd gezin achter te laten. Het meiske had de hele weg in de auto de vinger van een van de collega’s vastgehouden.

Vandaag mocht de moeder haar dochter onder begeleiding van een ambulant hulpverlener een uurtje zien. Gelukkig ging alles goed, ze kwam op tijd opdagen en was rustig en liefdevol. Gezinsvoogd Karlijn kon het kind tevens zonder problemen terugbrengen naar het pleeggezin. Voor ze dat deed kwam ze met het meisje even naar boven om haar aan mij te laten zien. Omdat ik zoveel kinderen onder mij heb zie ik ze niet allemaal regelmatig. Ik vind het echter wel fijn om te weten over wie ik praat, dus doe ik mijn best om de kinderen wel allemaal een keer gezien te hebben. Dan onthoud ik ze beter, maar zijn het ook meteen geen papieren kinderen meer. Het risico dat wij als gedragswetenschappers lopen is dat je vergeet dat het om echte mensen gaat. Soms loop ik even door de wachtkamer als ik weet dat een bepaald kind zit te wachten. Zo heeft het kind er geen last van – weer een vreemde mevrouw – maar heb ik er wel een gezicht bij.

Dit meiske had een flinke kras op haar linkerwang, vlak onder haar oog. De kras was veroorzaakt door de trap die ze had gekregen toen ze met haar moeder op de grond lag en vader maar op moeder in bleef schoppen. Het was een akelig gezicht, maar het gaf me wel weer een realiteitsbesef. Er wordt door de ‘buitenwereld’ vaak gezegd dat we kinderen te vroeg weghalen bij hun ouders. Iedereen die dat beweert zou dit soort kinderen eens moeten zien.

Door Caroline Karssen

Dit artikel is een verhaal uit de praktijk van de jeugdbescherming dat uit de bundel Mevrouw, mag ik bij u wonen? is gehaald. Meer lezen? Bestel het boek hier!

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *