- Om vooruit te komen moet je durven vallen |
Een verandering of ontwikkeling in gang zetten is per saldo niets anders dan gewoon doen. Eerst voelt het heel onnatuurlijk. Voelen wij ons weer bewust onbekwaam. Maar naarmate we meer oefenen en ervaring opdoen, wordt het onze tweede natuur. De uitdaging daarbij? Durven vallen. We leren allemaal door vallen en opstaan. Klein en groot.
Op verzoek van Landelijk Contact Gemeentelijk Welzijnsbeleid (LCGW) mocht ik 11 februari 2016 een college over de stand van zaken binnen het transitie- en transformatieproces geven. De headlines daarvan zijn terug te vinden in bijgaande video. Het resultaat: een verhaal over hoe je de zaken (ook) tegemoet kan treden. Fris en dwars. Maar ook over de schuurpunten die zich voordoen. Een verhaal dat – zo hoop ik – uitdaagt en prikkelt. Tot durven vallen vooral. Niet, omdat het moet, maar omdat het kan.
Veranderen is een werkwoord. Met – helaas – in toenemende mate – een negatieve lading. Omdat het tegenwoordig alleen maar over verandering gaat. Terwijl wij allemaal gewoontedieren zijn (geworden). Alles wat buiten onze comfortzone ligt is eng, leidt tot onzekerheid en – mede daardoor – een palet aan emoties.
Nederland zit in een transitie (overgang) en transformatie (omvorming) naar een nieuwe samenleving. De op 1 januari 2015 ingezette overdracht van taken en verantwoordelijkheden binnen het sociaal domein naar gemeenten beoogt daarop aan te sluiten en een antwoord te vinden op de daardoor veranderende verhoudingen. Niet, omdat het moet, maar omdat het kan!
Het blijkt in de uitvoering een ware expeditie. Een vindtocht doorheen bestaande systemen en nieuwe mogelijkheden. Een zoektocht ook langs vormen van financiering, inkoop- en contractvormen. Bij de beweging passende besluitvormingsprocedures, zeggenschap en verantwoordingswijzen.
In de uitwerking van die opdracht en uitdaging zijn overal ‘kiemen van vernieuwing’ waar te nemen. Vanuit een gedeelde visie en gevoel van urgentie, zijn zij de aanjagers van de verandering. Tegelijkertijd blijven wij kniesoren.
De terugtrekkende elastiekjes vinden (te) vaak hun houvast in oude systemen, beheersdrift, vreemde logica’s, ingehouwen wetmatigheden en vastgeroeste protocollen. Hierdoor blijft de transformatie vooral een technische operatie.
Onbedoeld en ongewenst dreigen veel sociale wijk- of gebiedsteams een soort van ticketbureau – een verkapt indicatieorgaan – te worden. Terwijl de ambitie en opdracht anders luidt: Samen werken aan het juiste, passende antwoord op de kans of uitdaging, de vraag op het probleem.
Om daaraan meer vaart en richting te geven dient – meer nog dan nu het geval – het perspectief van de individuele zorgvrager het vertrekpunt te zijn. Zoals ook de Transitiecommissie Sociaal Domein zegt: “Stel maatwerk centraal bij het ontwikkelen van beleid en diensten, passend bij de behoeften van de cliënt, in plaats van product-denken”. “Dat vraagt oefening in professionele bescheidenheid. De erkenning dat professionals – om duurzaam mensen vooruit te helpen – hulp nodig hebben van naasten, van nabije sociale verbanden en dat ze daar hun dienstbaarheid op moeten afstemmen.” (Pieter Hilhorst, Jos van der Lans – socialevraagstukkken.nl Een jaar decentralisatie van het sociaal domein een tussenstand | 5 januari 2016).
Om dat mogelijk te maken vragen (ook) de financiële spelregels aandacht. Aanbieders en professionals dienen meer ruimte voor het leveren van maatwerk te krijgen en te pakken. Over de financieringsschotten tussen onderwijs, welzijn, zorg, werk en inkomen heen. Daar knelt het.
De transitie was als het schuiven van dozen. Transformatie vraagt om meer dan het spelen met dozen. Dat vraagt fundamentele wijziging van de wijze waarop je denkt en doet. Het is, net als veranderen, een activiteit. Niet morgen, maar hier en nu!
Er is dus nog veel te doen. Er is ook al veel gedaan. Natuurlijk, soms gebeuren dingen die het incasseringsvermogen van de spelers op de proef stellen. Die pijn doen ook. Is die pijn fijn? Niet noodzakelijkerwijs. Nuttig is zij in ieder geval wel! Het is namelijk een waarschuwing om kenbaar te maken dat er iets mis is. Daar, in dat signaal ligt de kiem voor het nieuwe doen.