Opzoek naar het gewone leven

Delen:

Weet u het nog? Premier Balkenende, destijds de leider van dit land. Hij trad met zijn ’U kijkt zo lief’ de symbolische orde waar een leider zich bewust dient te zijn. Buiten de orde ook van de praktijk van gelijkwaardigheid die Nederland probeert na te streven.

Gelijkwaardigheid speelt ook een belangrijke rol in het samenspel tussen professionals binnen het sociaal domein en de inwoners die ondersteuning vragen. Zeker, als het gaat om tot een integrale aanpak te komen bij het vinden   en realiseren van oplossingen in de gecompliceerde situaties waarin oplossingen zich niet als vanzelf aandienen.  Waarbij wij ook nog eens moeten aansluiten op ‘het gewone leven’ van die mensen.

Het sociale domein is in beweging. Sedert 1 januari 2015 hebben gemeenten nieuwe taken op het gebied van zorg en sociale zekerheid. Er verandert hierdoor veel. De eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht van inwoners en hun omgeving spelen hierbij een belangrijke rol. Iedereen moet meer voor zichzelf en voor elkaar (gaan) zorgen. Aansluiten bij de kracht van het gewone leven is het paradigma: gerichtheid op een taak buiten het probleem, het gewone leven meebeleven, het bijdragen aan het zich nuttig voelen van mensen die deel uitmaken van de samenleving. Daarbij zijn gelijkwaardigheid en ‘het gewone leven’ belangrijke waarden. Het zijn die waarden ook waarvan elke professional binnen het sociaal domein zich vermoedelijk wel bewust is. Maar wat betekent het in en bij ons doen of laten? Gelijkwaardig zijn betekent, ongeacht afkomst, status, opleiding of inkomen, gelijk zijn. In combinatie met ‘het gewone leven’ is dat best een uitdaging. Want, wat is ‘het gewone leven’?

In welhaast alle lokale en regionale kaders over het sociaal domein lees je het terug: Hulp die geboden wordt, is gericht op herstel van het normale leven van kind en gezin. Wie verder leest, vindt nagenoeg nooit een definitie van ‘het gewone leven’. Veel verder dan “De leefomgeving van de inwoner (huishouden, gezin, wijk, school, werk vrije tijd) is het fundament.” Of, “De nadruk ligt op normaliseren en niet op problematiseren,” komt een uitwerking zelden.

‘Het gewone leven’ wordt daarbij – ook door mijzelf – veelal als een containerbegrip gehanteerd. Een begrip zonder scherp afgebakende betekenis. Een duiding waaraan de lezer zelf nader invulling kan geven en dat op veel verschillende toestanden, gebeurtenissen of zaken wordt toegepast.

Het gewone leven is het patroon van gebruikelijke handelingen en bezigheden die in een bepaalde periode door de meeste mensen als voor de hand liggend beschouwd worden. Gebeurtenissen of daden die geen bijzonder karakter hebben en volgens een min of meer regelmatig ritme terugkeren. Daarin zitten evidenties als eten en slapen, zaken als het doen van het huishouden of de afwas, inspanningen als studeren en werken en ook courante ontspanningen zoals het nemen van vakantie of een etentje uit huis. Ook werk, seksualiteit en sport behoren in principe tot het gewone leven.

Zo beschouwd kan en zal het gewone leven van ieder mens ook weer heel erg verschillend zijn. Simpelweg, omdat de sociaal-maatschappelijk omstandigheden per individu of huishouden kunnen verschillen. Het wonen, het werken, de relaties, het inkomen, alles dus wat te maken heeft met mensen onderling en het eigen – door mensen en hun omstandigheden ingerichte en aangeduide stukje van de wereld waarin zij wonen en leven. Zo zal ook het leven en wonen in een stad, dorp of streek verschillen. Door de al dan niet meer pluriforme samenstelling. Door andere faciliteiten of mogelijkheden.

Het gewone leven, en wat daarbij belangrijk is, is voor ieder mens dus wat anders. En dat gewone leven zit daarmee barstenvol met situaties die je met geen mogelijkheid neutraal kunt beschouwen. Ook, al doe je nog zo je best. Dat ervaren ook de professionals die actief zijn binnen het sociaal domein.  Zij reageren verschillend op de dingen die ze meemaken. De een effectiever ook dan de ander. Vreemd is dat niet. Want elk van die professionals heeft ook zijn eigen normen en waarden. Heeft ook een eigen opvatting over wat ‘het gewone leven’ is. Bepaald door de eigen situatie.  Dat alles maakt het best lastig om aan te sluiten bij het gewone leven van anderen.

Natuurlijk, de professionals doen hun uiterste best om alles wat er in hun werkpraktijk voorkomt door een neutrale bril te bekijken. Desondanks heeft hun oordeel altijd een zekere mate van subjectiviteit. Gerelateerd aan en voortkomen uit het eigen referentiekader. Steeds zullen eigen normen en waarden een rol spelen bij de afwegingen die gemaakt worden.

Juist daarom is het van belang dat professionals binnen het sociaal domein leren om met een brede blik en een zekere onbevangenheid te kijken naar de situatie en de mensen met en voor wie zij werken. Met het risico dat het leidt tot een zekere opdringerigheid van antwoorden of oplossingen.

Een professional binnen het sociaal domein moet de bereidheid hebben de vraag van de inwoner vanuit diens invalshoek (sociaal‐ethisch en existentieel te bezien. Het vraagt om een professionele benadering in zorg en welzijn waarin het draait om de relationele afstemming van hulp en steun op wat goed kan zijn voor de unieke behoeftige ander. Dat vraagt om nabijheid en aandacht, het serieus nemen van de ander. Ook in zijn soms onbegrijpelijke gedrag. Aansluiten bij het gewone leven vraagt om radicale aansluiting en leefwereldgerichtheid. Om zorgzaamheid en het verlangen of appèl dat uitgaat van de ander. Aansluiten bij het gewone leven vraagt om een houding van mee willen lopen met de ander. De bereidheid ook om, als de situatie daarom vraagt – al dan niet tijdelijk – jezelf in te voegen in zijn of haar doen en laten.

Een dergelijke houding wijkt nogal af van wat we gewoonlijk zien in zorg, welzijn, dienstverlening en onderwijs. Het is ook de broodnodige correctie op de doorgeschoten verzakelijking en vermarkting van de zorg. Een correctie die ons niet alleen kan inspireren, maar ook kan laden met nieuwe energie. Niet alleen door zijn direct praktische toepasbaarheid, maar vooral ook door de eenvoud en wijsheid die eruit spreekt, De vraagstelling is: Wat kan er in het leven van alledag gedaan worden om een vastgelopen situatie weer vlot te krijgen? Wat kunnen professionals doen voor het herstel van het gewone leven? In de wetenschap dat het niet hun gewone leven is dat telt, maar dat van de ander. Dat namelijk, dat is het gewone leven: de container voorbij!

  • De auteur, Peter Paul J. Doodkorte, is als senior adviseur verbonden aan Vondel & Nassau, een landelijk werkend adviesbureau voor sociaal domein en overheden.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *