Minister ondermijnt transformatieopgave

Delen:

Vier jaar na de decentralisaties is de toegang tot zorg en ondersteuning binnen veel gemeenten nog steeds ingewikkeld, is de regie nog altijd niet helder belegd en blijft informatie delen complex. Het gevolg: passende en samenhangende ondersteuning en zorg voor kwetsbare inwoners komt nog onvoldoende tot stand. De reden daarvoor: de organisatie en bekostiging is voor alle betrokkenen nog altijd nodeloos complex. Een goede informatievoorziening ontbreekt en de verdeling van zeggenschap over de gedecentraliseerde taken tussen bestuurslagen en in wet- en regelgeving is naast versnipperd over een keur van wetten, ministeries en instanties kwestieus. Ondertussen blijven de kosten in het sociaal domein stijgen en brengt dat menig gemeente in financieel zwaar weer.

Om het tij te keren moeten wij in het sociaal domein stevige maatregelen durven nemen. Formeel en op papier klopt het beleid en kloppen de regels wellicht, maar in de dagelijkse praktijk is de toepassing een heksentoer en is het onmogelijk dan wel verdomd moeilijk om mensen – op een voor hen betekenisvolle manier – te helpen. De recente ‘staatsgreep’ van de minister van VWS (Hugo de Jonge) helpt de gemeenten vervolgens voor wat betreft de jeugdhulp ook nog eens van de wal in de sloot. Zijn ingrepen lijken erop neer te komen dat gemeenten minder te zeggen krijgen over jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering en dat zij worden gedwongen om samen te werken met partners uit de 42 jeugdzorgregio’s.

Ik vind het geen goede zaak dat het Rijk een deel van de zorgtaken weer gaat centraliseren en gemeenten dwingender gaat voorschrijven hoe zij hun lokale toegang moeten inrichten. Dat is halfbakken. Óf je legt de verantwoordelijkheid neer bij gemeenten, óf niet. En ik denk dat gemeenten jeugdzorgtaken prima kunnen uitvoeren. Of, zoals Peer van der Helm, Lector Residentiële​ jeugdzorg het zegt: “Terugdraaien herbergt een aantal risico’s waaronder het vergroten van bestaande puinhopen en meer bureaucratie die ook meer geld kost, iets wat ten koste gaat van de zorg”

De ironie is dat de minister met zijn voornemen precies dat ondermijnt en vertraagd wat het meest urgent is: de transformatie. Deze is (eindelijk) op stoom aan het komen en met zijn ideeën steekt De Jonge een stevige staak in het wiel van omvorming. Wie of wat de minister daarmee denkt te dienen is niet geheel duidelijk, maar zeker is dat de inwoners niet beter van worden van deze inmenging.

Na alle transities in het sociaal domein, ligt binnen gemeenten al enige tijd de focus op de werkelijke transformatie. Door meer te investeren in preventie, kunnen zwaardere problemen worden voorkomen. De transformatie geeft bovendien ruimte om gebieds-gericht en integraal te werken, te innoveren en nieuwe samenwerkingsverbanden te zoeken. Die transformatie is nog lang niet afgelopen, we staan pas aan het begin. Echter, sinds de aankondiging door de minister van zijn voornemens zie ik binnen meerdere gemeenten besluiteloosheid toeslaan. Moeten ze nu wel of niet doorpakken? Of moeten ze de huidige situatie onderhouden en ordenen in afwachting van de door de minister in het vooruitzicht gestelde wijzigingen? Met stilstand als gevolg.

Mijn conclusie is dat gemeenten krijgen wat ze tolereren. Daarom zeg ik tegen alle gemeenten: Stop met genoegen nemen met het uitstellen van wat je wilt doen. Duldt geen uitstel meer. Tegelijkertijd doe ik een dringend beroep op alle gemeentebestuurders en beleidsmakers in het sociale domein die nu op hun handen dreigen te gaan zitten. Sta op, toon lef en pak aan! Voorstellen om een deel van de verantwoordelijkheden weer bij gemeenten weg te halen en centraler te organiseren, gaat geen kind helpen en ook de financiën niet. Als er niet fundamenteel iets verandert, zitten straks die nieuwe verantwoordelijken met dezelfde, of nog grotere tekorten met onze jeugd als kind van de rekening.

Sta op, toon lef en pak aan! Doe als de boeren of de bouwers en trek ten strijde tegen Den Haag en eis één wet voor het Sociaal Domein. Zodat wij integraal werken voor de inwoners daadwerkelijk een stap verder kunnen brengen. Nu hebben wij onze handen vol aan de verkokerde wetten en regels. Stuk voor stuk met hun eigen achtergrond, regels en werkwijze. Niet bepaald efficiënt en effectief. Niet voor de inwoners die voor hun ondersteuning een beroep doen één van die wetten. Maar ook niet voor de professionals die zich in de meest onmogelijke bochten moeten wringen om binnen die verkokering inwoners passende ondersteuning te bieden.

Alle wetten en regels die professionals moeten uitvoeren dienen uiteindelijk hetzelfde doel: inwoners op het juiste moment passende ondersteuning bieden om hun kwesties op te lossen. Laat daarom die ene wet Sociaal Domein maatschappelijke ondersteuning, publieke gezondheid, zorg, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, inkomen, werk en participatie samenbrengen. Dan kunnen wij eindelijk die ongelooflijk goede visie en ambitie – waarbij wij uitgaan van 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur – handen en voeten geven. De wet Sociaal Domein dient – ander dan de bestaande wetten – ook anders van toon en opzet te zijn. Geen strakke voorschriften, maar ‘richtinggevende principes’, met beleidsruimte voor de gemeenten en de vakbekwaamheid van de professionals.

  • De auteur, Peter Paul J. Doodkorte, is als senior-adviseur verbonden aan Vondel & Nassau, een landelijk werkend adviesbureau voor sociaal domein en overheden.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *